Veilig en comfortabel blijven wonen? Dit kun je doen

Veilig en comfortabel blijven wonen, zodat je er nog jaren van kunt blijven genieten? Hoe doe je dat? En als dat echt niet gaat: hoe vind je een droomhuis voor straks? Wij leggen het je hier uit!

1. Ik wil veilig en comfortabel blijven wonen in de buurt waar ik nu woon ook op mijn oude dag

Natuurlijk, als je blij bent met je huidige huis en de huidige buurt, blijf je daar waarschijnlijk het liefst zo lang mogelijk wonen. Maar past de woonomgeving straks nog wel? Voorzieningen in de buurt en looproutes zonder obstakels worden op de langere termijn erg belangrijk. Deze vragen helpen bij het maken van een keuze:

  • Is er een supermarkt, apotheek, huisarts en bushalte op loopafstand?
  • Is de buurt wel veilig genoeg?
  • Is de verstandhouding met de buurtgenoten goed?
  • Zijn er kinderen, goede buren of vrienden in de buurt die kunnen helpen als het misschien nodig wordt (mantelzorg)?
  • Is er een ontmoetingscentrum (bijvoorbeeld een buurthuis)?
  • Voor echtparen: Is de woning ook geschikt als je nog alleen overblijft?

Eén of meer keer ‘nee’ geantwoord? Dan zal de buurt op den duur waarschijnlijk helaas niet voldoen. Verhuizen is een betere optie.

2. Ik wil in mijn hoe dan ook in mijn eigen huis blijven wonen… 

Hoe fijn een eigen huis ook is: de woning is óók een plek waar helaas veel valpartijen plaatsvinden. Bijvoorbeeld doordat een drempel te hoog is of dat je bijvoorbeeld uit bad valt. Gelukkig zijn er veel slimme verbeteringen mogelijk. Denk aan een veilige en comfortabele zorgbadkamer, verlichting die automatisch aan gaat (ook op de route van bed naar toilet) en een extra trapleuning. Veel gemeenten bieden hulp om in kaart te brengen wat nodig is om thuis te blijven wonen. Sommige gemeenten hebben een ouderen­adviseur. Deze kan eventueel ook verwijzen naar deskundige vrijwilligers of professionals. Ook een ergotherapeut kan advies op maat geven. Ergotherapie maakt onderdeel uit van het basispakket van de zorgverzekering (zie www.ergotherapie.nl).

Verbouwen

Een huis blijft langer geschikt als op de begane grond een slaap en een badkamer aanwezig zijn. Zijn die er niet, maar is achter het huis wel voldoende ruimte? Dan kan daar eventueel woonruimte worden aangebouwd. Positief is dat dit in de meeste gevallen zonder vergunning kan, maar wel onder voorwaarde dat de aanbouw niet meer dan de helft van de tuin in beslag neemt. Wat je altijd moet doen is er voor zorgen dat er voldoende ruimte rondom het bed is, in de badkamer en bij het toilet, zodat die ook met een rolstoel bereikbaar zijn. Als de bad- en slaapkamer naast elkaar liggen, is er misschien een doorgang te maken zodat het veel toegankelijker wordt. In de badkamer is een inloopdouche veel veiliger en comfortabeler dan een badkuip of een douchecabine met hoge instap.

3. Een senioren woning is wat ik wil!

Een seniorenwoning ( of levensloopbestendige woning ) is gebouwd of aangepast voor mensen van 55 jaar en ouder en is bedoeld om tot op hoge leeftijd zelfstandig te blijven wonen. Kenmerken zijn: gelijkvloers, brede gangen en deuropeningen, geen drempels. In veel gevallen heeft een seniorenwoning ook een zorgbadkamer, waarin veel ruimte is om met een rolstoel te kunnen ­manoeuvreren. De meeste gemeenten en woning­corporaties bieden senioren­woningen aan via het gemeentelijke of regionale woningtoewijzingssysteem, waarvoor inschrijving noodzakelijk is. De wachtlijst varieert per regio. Het kan handig zijn hier alvast naar te informeren, ook als een verhuizing voorlopig niet aan de orde is. 

4. Ik wil heel graag mensen om me heen!

Gemeenschappelijk wonen is een uitkomst voor mensen die hun zelfstandigheid willen behouden, maar ook graag gezelligheid in de buurt hebben. In een woon­gemeenschap hebben de bewoners ieder hun eigen woonruimte. Daarnaast kunnen ze gebruikmaken van gemeenschappelijke voorzieningen. In deze woonvorm is hulp altijd nabij. Daar staat tegenover dat van nieuwe bewoners ook hulpvaardigheid wordt verwacht. Om die reden nemen veel woon­gemeenschappen ­alleen nieuwe bewoners aan die nog ­(betrekkelijk) jong zijn. De Landelijke Vereniging Gemeenschappelijk wonen van Ouderen heeft een overzicht van groepswoningen. Vraag ook de gemeente naar mogelijkheden voor gemeenschappelijk wonen in de omgeving. Naar het voorbeeld van de ­historische hofjes voor gepensioneerde vrouwen worden ­tegenwoordig ook nieuwe woonhoven gebouwd.

5. Zorg in de buurt is wat ik wil!

In de vroegere verzorgingshuizen gingen wonen en zorg hand in hand. Tegenwoordig zijn wonen en zorg gescheiden. Wel bestaan er nog steeds aanleunwoningen en serviceflats; bewoners kunnen er gebruikmaken van de service van een zorginstelling. Aanleunwoningen zijn er zowel in de sociale als vrije huursector en liggen vlak bij een verzorgings- of verpleeghuis. Wie ervoor in aanmerking wil komen, moet zich inschrijven bij de betreffende instelling of woningcorporatie en/of de gemeente. Soms helpt een zorgindicatie.

6. Ik ben afhankelijk en heb altijd zorg nodig

In het geval van een handicap of ziekte wordt de wijk­verpleging ingeschakeld voor de eerste zorg. Mochten woningaanpassingen nodig zijn (zoals een traplift, oprijplaten voor een rolstoel, elektrische deuropeners), dan ­worden die soms door de gemeente vergoed. Aanvragen kan via het Wmo-loket van de gemeente. Aan de hand van het inkomen wordt een eigen bijdrage berekend. Ook een prefab zorgunit op de begane grond wordt soms vanuit de Wmo vergoed. Onder de noemer ‘zorgwonen’ zijn diverse woonvormen te ­vinden voor mensen die lichte zorg nodig hebben. Hier wordt meer op de bewoners gelet dan in een ­serviceflat en is dag en nacht ­personeel aanwezig.

Wij hopen dat deze tips geholpen hebben. Mocht u vragen hebben neem dan gerust contact met ons op!